Het beukensmalbuikje is één van de Belgische namen voor deze prachtkever, de Nederlandse naam is groen smalbuikje en de wetenschappelijke naam is Agrilus viridis.
Dit slanke, metaalglanzende prachtkevertje meet 5 à 9 mm. De kop en het halsschild zijn meestal koperkleurig. De dekschilden kunnen variëren van groen, blauw, violet tot goudkleurig. De vrij korte sprieten zijn gezaagd vanaf het 4de lid. De kop en de dekschilden zijn rimpelig gestippeld. Typisch voor deze soort is het korte halsschild met de ruwe, dwarse rimpelstructuur.
De imago's zijn actief in juni en juli en leven op verschillende loofbomen. Ze kunnen schade aanrichten in de bosbouw, vooral in jonge aanplantingen. De wijfjes kleven hun eitjes meestal aan de zonzijde op stammen en bedekken ze met een witte specie. De larven knagen tot 75 cm lange gangen onder de schors van verzwakte beuken, eiken en andere loofbomen, zelfs van braam- en frambozenstruiken. Men kan ze ook vinden op een hele reeks andere broedbomen: elzen, espen, linden, berken, esdoorns, wilgen, witte abelen, rozen en wijnstokken.De variatie in voedsel zou invloed hebben op de kleurvariatie van de imago's. Met dank aan Jeannette voor haar hulp bij het vinden van de naam. Gr. Jan
Lees meer
Reacties (17)
Nog van Harte met de "mooiste" en veel dank voor de reacties bij mijn foto's!!
Gr
Frieda
Nog van Harte met de "mooiste" en veel dank voor de reacties bij mijn foto's!!
Gr
Frieda
Deze is mooi geworden wat een kleur !!
En gefeliciteerd met je foto.
vr.gr.
Janet
Lieve groet, Marjon
Vgr. van
Vh gefeliciteerd.
Van harte daarmee.
Grootse plaat.