Kenmerken
Voorvleugellengte: 30-46 mm. De vleugeltekening van deze pijlstaart varieert nauwelijks. Kenmerkend zijn de kastanjebruine vlekken tegen de binnenrand van de achtervleugel. In rusthouding steekt de achtervleugel soms een heel eind onder de voorrand van de voorvleugel uit. Sommige individuen hebben een sterke rozeachtige of violette tint op de vleugels. Er komen ook bruingele vlinders voor; dit betreft vaker vrouwtjes dan mannetjes.
Gelijkende soorten
Bij de pauwoogpijlstaart (Smerinthus ocellata) steekt de achtervleugel in rust meestal niet of hooguit een klein stukje onder de voorvleugel uit; bovendien heeft de pauwoogpijlstaart een opvallende oogvlek op de achtervleugel.
Voorkomen
Een gewone soort die verspreid over het hele land voorkomt.
Habitat
Parken, tuinen, moerassen, bossen en heiden.
Waardplanten
Populier en wilg.
Vliegtijd en gedrag
Eind april-half augustus in twee generaties. De vlinders komen goed op licht; de mannetjes meestal na middernacht, de vrouwtjes eerder en in kleinere aantallen.
Levenscyclus
Rups: juli-oktober. De soort overwintert als pop in de grond in de buurt van de waardplant.
Reacties (2)
In rust steken de achtervleugels van de populierenpijlstaart een eind voor de voorvleugels uit.
Familie
pijlstaarten (SPHINGIDAE)
meer informatie over deze familie »
Deze soort is goed tot redelijk goed te determineren, ook voor een serieuze beginner.
© De Vlinderstichting & Werkgroep Vlinderfaunistiek
Kenmerken
Voorvleugellengte: 30-46 mm. De vleugeltekening van deze pijlstaart varieert nauwelijks. Kenmerkend zijn de kastanjebruine vlekken tegen de binnenrand van de achtervleugel. In rusthouding steekt de achtervleugel soms een heel eind onder de voorrand van de voorvleugel uit. Sommige individuen hebben een sterke rozeachtige of violette tint op de vleugels. Er komen ook bruingele vlinders voor; dit betreft vaker vrouwtjes dan mannetjes.
Gelijkende soorten
Bij de pauwoogpijlstaart (Smerinthus ocellata) steekt de achtervleugel in rust meestal niet of hooguit een klein stukje onder de voorvleugel uit; bovendien heeft de pauwoogpijlstaart een opvallende oogvlek op de achtervleugel.
Voorkomen
Een gewone soort die verspreid over het hele land voorkomt.
Habitat
Parken, tuinen, moerassen, bossen en heiden.
Waardplanten
Populier en wilg.
Vliegtijd en gedrag
Eind april-half augustus in twee generaties. De vlinders komen goed op licht; de mannetjes meestal na middernacht, de vrouwtjes eerder en in kleinere aantallen.
Levenscyclus
Rups: juli-oktober. De soort overwintert als pop in de grond in de buurt van de waardplant.